Leesimpressies

  • Joël Dicker: De waarheid over de zaak Harry Quebert

  • Nr. 19 - 2014
  • Een jonge schrijver, in dit geval de Franstalige Zwitser Joël Dicker, heeft moeite zijn tweede boek gepubliceerd te krijgen. Dan schrijft hij een boek met een schrijver als hoofdpersoon. Het is de goden verzoeken maar hij laat die schrijver ook nog last hebben van een writer’s block. Een ongeluk wordt gevreesd. Het is smeken om een fiasco. Dan wordt dat boek een wereldwijd succes. Literaire roem is ondoorgrondelijk. Het kan niet anders of zo’n boek moet over bepaalde kwaliteiten beschikken. Marketingtrucks kunnen helpen maar kunnen nooit alleen voor een grote lezersschare zorgen. Naar mijn idee bestaat de aantrekkingskracht van het boek uit het raffinement waarmee de schrijver zijn lezers op het verkeerde been zet. Dat doet hij niet eenmalig maar continu gedurende de ruim zeshonderd bladzijden. Het perspectief wisselt steeds. Het ene moment symboliseren personages het goede en het volgende lijken zij de representant van het kwaad. Dat gaat zo door totdat Dicker uiteindelijk alle kaarten uit de mouw haalt. De losse eindjes vallen op hun plek. Het spel is uit.

    De schrijver met het writer’s block is Marcus Goldman. Van zijn debuut zijn twee miljoen exemplaren verkocht. Het literaire bedrijf stort zich als een aasgier op hem. Hij ontvangt een enorm voorschot met de verplichting op korte termijn een volgend boek aan te leveren. Dicker ruimt sardonische bijrollen in voor de uitgever en agent van Goldman. Dan verschijnt het block. Goldman zoekt redding bij zijn vroegere docent, inmiddels vriend en mentor, Harry Quebert, die woont in het landelijke New Hampshire in een stadje dat de naam Aurora heeft meegekregen. Uiteraard is Quebert ook schrijver. Hij is beroemd geworden met het boek ‘De wortels van het kwaad’, over een onmogelijke liefde. Goldman hoopt bij Quebert de rust te vinden om uit zijn impasse te raken. Harry Quebert is zijn grote voorbeeld die hem leert hoe je moet vallen en moet boksen. Bovenal geeft hij schrijftips. In totaal betreft het 31 schrijftips die steeds de inleiding tot een hoofdstuk vormen. Veel van de tips hebben een triviaal karakter. ‘Een goed boek is een boek waarvan je het jammer vindt dat je het uit hebt.’ Daar valt de grootheid van Harry Quebert moeilijk uit af te leiden.

    Schrijf omdat het de enige manier is waarop je van dat onbenullige, nietige iets wat we leven noemen een waardevolle, bevredigende ervaring kunt maken


    Dan gebeurt er bij toeval iets dat de motor van het boek vormt. In de tuin van Harry Quebert wordt een lijk opgegraven dat Nola Kellergan blijkt te zijn, een meisje van 15 dat 33 jaar tevoren spoorloos is verdwenen. Harry Quebert blijkt een verhouding te hebben gehad met dit meisje dat bovendien de inspiratie is geweest voor zijn grootste succes ‘De wortels van het kwaad’. Een man van 34 met een meisje van 15 dat iedereen als betoverend ervaart. Extra belastend voor Harry Quebert is dat het manuscript van het boek bij het lijk wordt aangetroffen. Quebert bevindt zich in een lastig parket. De doodstraf lonkt. Marcus Goldman is overtuigd van de onschuld van Harry Quebert en gaat zelf op onderzoek uit. Dat doet hij in samenwerking met sergeant Perry Gahalowood, een charmante nurks van de staatspolitie.
    Langzaam komen de feiten boven water. Het idyllische Aurora verliest veel van zijn glans. De tijd dat je daar rustig bij afwezigheid je deur kon open laten is voorbij. Achter de façade van deugdzaamheid broeien verborgen ambities. Wie onschuldig leek kan door een nieuwe aanwijzing die reputatie snel verspelen. Is Harry Quebert wel zo onschuldig als Goldman steeds heeft gedacht? Zelfs achter de liefelijke Nola Kellergan blijkt een verborgen leven schuil te gaan. Langs de nodige omwegen komt Goldman uiteindelijk bij de waarheid uit. Door het boek heen schemert de vraag wat is werkelijkheid en wat is onecht. Een mooi voorbeeld is dat Dicker in zijn nawoord mensen bedankt die we hebben leren kennen als personages van Goldman.
    Op de omslag van het boek staat dat het om een roman gaat. Daar is inmiddels een flinke discussie over losgebarsten. Heeft Joël Dicker literatuur gemaakt of is hij de auteur van slechts een thriller? Daar zijn simpel gezegd twee visies op mogelijk. Er zijn mensen die de kwalificatie literatuur reserveren voor elk goed boek ongeacht strekking of vorm. Daar tegenover staat de visie dat literatuur een aanduiding van een genre vormt en dan behoort het tot de mogelijkheden om slechte literatuur af te leveren. In eerstgenoemde visie is slechte literatuur per definitie onmogelijk. In het genre literatuur horen personages met diepgang thuis en karikaturen niet. Als we die norm hanteren dan heeft Dicker geen literatuur gemaakt. De geloofwaardigheid van sommige personen is opgeofferd aan de spankracht van het plot. De moeder van Marcus Goldman, die we via telefoongesprekken met haar zoon leren kennen, is een uiterst karikaturaal personage. De wijze waarop zij zich tot haar Markie richt is grotesk en bovendien onbelangrijk voor het plot. Dat Joël Dicker een spannend boek geschreven heeft met vele verrassende wendingen staat echter buiten kijf.

    Terug