Leesimpressies

  • Roberto Bolano: Het derde rijk

  • Nr. 43 - 2010
  • De van origine Chileense schrijver Roberto Bolano is vanwege zijn postume roem een tragische held. Hij overleed in 2003, amper vijftig jaar, aan een leverziekte in afwachting van een transplantatie. Zijn roman 2666 was op dat moment bijna af. Het boek verscheen na zijn dood en incasseerde juichende kritieken. De Nederlandse vertaling omvat ruim duizend bladzijden. De zin aan dit werk te beginnen ontbrak me tot dusver. De recensies konden me niet overtuigen waar de kwaliteit van dit werk in school. Soms overstemt het klaroengeschal de argumentatie. Dat is altijd een bruikbare verlegenheidsoplossing voor het geval de criticus moeilijk greep op een werk krijgt. Ophemelen is chiquer dan het opbiechten van onbegrip. Het woord magie biedt een helpende hand. Een vuistslag in het moderne bewustzijn is een alternatief. Vooruitlopend op mijn eigen onbegrip nam ik Het derde rijk ter hand na eerder verdwaald te zijn in Het lichtende kwaad en Chileense nocturne. Ruim driehonderd bladzijden zijn in een paar dagen te doen.

    De roman Het derde rijk werd aangetroffen in de nalatenschap. Het blijft ongewis of dit werk in de ogen van de auteur al klaar was voor publicatie. De titel verwijst niet naar de werkelijkheid maar naar een spel, een wargame. Het is geen computerspel maar een klassiek bordspel waarbij het speelveld bestaat uit een landkaart en de handelingen uit het verplaatsen van fiches. De tijd waarin de roman speelt blijft onzeker. Op enig moment is er sprake van de herdenking van 11 september maar dan blijkt het te gaan om een bijzondere dag in de Catalaanse geschiedenis die teruggaat naar een veldslag uit 1714. Waarschijnlijk speelt de roman in de jaren tachtig van de vorige eeuw afgaande op de namen van voetballers die de personages ter sprake brengen. De locatie is daarentegen volstrekt helder, een lome kustplaats aan de Costa Brava. Daar brengt de 25-jarige Udo Berger in het naseizoen een vakantie door met zijn vriendin Ingeborg. Het is hun eerste vakantie samen. De plek is gekozen omdat hij daar een decennium eerder een vakantie doorbracht met zijn ouders. Udo is bezeten van het oorlogsspel. Hij is Duits kampioen en heeft de ambitie ook internationaal succes te boeken. Bovendien wil hij artikelen schrijven waarin hij zijn meesterschap manifesteert. In de paar weken aan zee maakt hij nader kennis met verschillende leden van het personeel uit het hotel, met enkele plaatselijke bewoners en met andere vakantiegangers. Met iedereen heeft Udo een ambivalente verstandhouding. Aantrekken en afstoten wisselen elkaar af. Niets is overzichtelijk.


    De favoriete generaals doen denken aan schrijvers: Von Manstein is vergelijkbaar met Günter Grass en Rommel met Celan


    Zelfs met Ingeborg is de relatie van Udo problematisch. Hoewel ze nog maar kort bij elkaar zijn, lijkt de blessuretijd al aangebroken. Hij verbaast zich over de zaken waar zij om lacht, altijd een verontrustend signaal. Liever dan Ingeborg te vergezellen naar het strand, blijft Udo op de hotelkamer om zich verder te bekwamen in het oorlogsspel. Die obsessie vormt een kern van het boek maar komt gebrekkig uit de verf. Omdat de regels van het spel voor de lezer verborgen blijven, zijn de beschrijvingen van de vorderingen nauwelijks te volgen. Bolano sluit de lezers buiten. Dat zou geen probleem hoeven zijn als er niet zo veel gedetailleerde aandacht naar het spel uit zou gaan. Er worden heel wat pantserdivisies en infanteriedivisies in beweging gebracht. Fronten komen en gaan.

    Het fraaist zijn de beschrijvingen van de sfeer van verval in de badplaats. Je hebt er twee soorten meeuwen: grote en kleine. Als het regent kun je wat drinken in een disco. Ook als het niet regent trouwens. Een intrigerende figuur is de exploitant van de waterfietsen. Deze man is door toedoen van brandwonden mismaakt. Iedereen noemt hem de Verbrande. Er wordt gesuggereerd dat zijn verwondingen moedwillig zijn toegebracht, misschien wel door Nazi’s. De Verbrande blijkt een snelle leerling van het oorlogsspel te zijn. Elke avond komt hij tot ergernis van de eigenaar van het hotel bij Udo op bezoek om hun strijd voort te zetten. De Verbrande is zelfs aan de winnende hand. Udo staat in het spel aan de kant van de Duitsers maar ontkent dat daar zijn sympathie ligt. Als Ingeborg terug is naar Duitsland blijft hij alleen in Spanje achter. Elk excuus is welkom. Eerst is er het wachten op nader bericht van een verdwenen Duitse vakantiegast, een hork waarmee iets van een vriendschappelijke relatie is ontstaan. Dan is er de fascinatie van Udo voor de eigenares van het hotel van wie hij tien jaar eerder al onder de indruk is geraakt. Zij maakt afspraakjes met Udo maar blijft tegelijk haar zieke man trouw. Alle menselijke verhoudingen kenmerken zich door een tegendraadse logica. De roman vertoont een grote mate van raadselachtigheid. Bolano houdt van duisternis. Als Udo het spel van de Verbrande heeft verloren lijkt de betovering doorbroken. Zijn toekomst ligt niet in het bordspel. Hij keert terug naar huis. Met Ingeborg resteert slechts vriendschap. Zijn baan is hij kwijt. Elders gaat hij als administratief medewerker aan de slag met meer salaris dan voorheen. Een illusie is voorbij.

    Terug