Leesimpressies

  • John O'Hara: The big laugh

  • Nr. 18 - 2015
  • In de nieuwe editie van Lezen etcetera van Pieter Steinz staan maar liefst 416 schrijvers uit de wereldliteratuur vermeld met een kort portret. Dochter Jet Steinz, die als woordvoerder optrad, meldde in DWDD dat het de nodige hoofdbrekens had gekost om tot die keuze te komen. Sneu is de positie van degene die mondiaal gezien positie 417 bekleedt. De familie Steinz had die troostprijs bedacht voor John O’Hara. Ik zocht direct in mijn druk uit 2003 wat er toen nog over O’Hara voor wetenswaardig was opgenomen. Vreemd genoeg kwam O’Hara ook toen niet voor onder de 416 uitverkoren auteurs. Als O’Hara in 2015 nummer 417 was, welke rangorde kwam hem in 2003 dan toe? Was hij in de tussenliggende periode gestegen naar deze plek want dan is de vraag gerechtvaardigd op basis waarvan? O’Hara is in 1970 overleden en zo lang na je dood nog stijgen vereist een herontdekking, zeg maar een wederopstandig zoals John Williams die aan Stoner heeft te danken. Stond O’Hara in 2003 ook al op 417 dan is hij wel een geweldige pechvogel gebleken die in het tussenliggende tijdsbestek net zo veel schrijvers heeft ingehaald als zelf aan zich voorbij heeft zien strekken. De kwestie luistert nauw want O’Hara was iemand die zich qua literaire reputatie snel op de teentjes getrapt voelde. Een kritische recensent gaf hij er graag van langs.

    In Nederland is John O’Hara nimmer een gevierd schrijver geweest al hebben sommigen wel uiting gegeven aan hun bewondering voor zijn werk. Karel van het Reve heeft in zijn bundeling columns uit 1999 onder de titel Achteraf maar liefst drie stukjes aan hem gewijd. Lang meende hij samen met Simon Carmiggelt lid te zijn van het geheime genootschap O’Hara liefhebbers. De soepele spreektaal in combinatie met het eindeloos geouwehoer onder meer blijkend uit lange opsommingen bijvoorbeeld van automerken zijn voor hem deel van de bekoring. Voor verfijnde diepzinnigheid kun je niet bij O’Hara terecht. Hij beschrijft aardse types die vooruit en omhoog willen. Zijn personages zijn opportunistisch en als succes eenmaal komt, dan gooien zij graag de eigen glazen in. Status is begeerlijk tot je erover beschikt. In The big laugh staat op de openingsbladzij te lezen: “by the time a man is forty his people have decided what kind of man he is”. Je manipuleert je naar een benijdenswaardige positie, loopt feesten af, versiert wat vrouwen maar uiteindelijk brengt het je nergens. Succes maakt niet gelukkig. Er zit in het werk van O”Hara veel fatalisme en toch is zijn werk moeilijk weg te leggen. Hij heeft een indringende manier van schrijver die bevordert dat je als een razende doorleest. De scènes zijn filmisch, de dialogen geloofwaardig en bovendien zijn de formuleringen vaak grappig. Er zit vaart in de boeken van O’Hara.

    Maybe you ought to get married, I don’t know. Redecorate your apartment. I got my sister-in-law that will do it cheap. Redecorate, I mean


    Volgens Karel van het Reve zijn de verhalen beter dan de romans. Daar is veel voor te zeggen. De romans zijn soms te uitgesponnen waardoor de betovering dreigt in te zakken. De verrassing gaat verloren. De roman The big laugh dateert uit 1962 maar speelt zich af tussen de beide wereldoorlogen, een periode die O’Hara veel inspiratie bood. De hoofdpersoon is Hubert Ward, iemand die van jongs af aan niet wilde deugen. Hij is van drie scholen gestuurd. Zijn vader pleegde zelfmoord en zelfs zijn moeder verbreekt de contacten met hem. Op een feestje treft hij een vriendin en zij brengt hem in aanraking met een theatergezelschap. Dat is misschien wel wat voor hem. Zij kan hem moeilijk plaatsen maar is wel door hem gefascineerd. “I thought you were like one of these Wall Street fellows, till tonight. But when I saw you with them I knew you were different. And you never reminded me of a writer, or an artist. You must be something, so maybe you’re an actor.” Met behulp van chantage krijgt hij een voet tussen de deur. Hij krijgt een rol bij het theatergezelschap op Cape Cod. Daarna volgt Broadway en uiteindelijk wacht Hollywood. De ster van Hubert Ward rijst. Er volgen vele sfeertekeningen waarlangs de loopbaan van Hubert Ward zich ontwikkelt. De geliefde opsommingen worden van stal gehaald of dat nu de namenlijst betreft van de vriendenkring die een feestje opluistert of een overzicht met foto’s van de gebeurtenissen waar de beroemde acteur aanwezig is en in welk gezelschap. Hij trouwt met een meisje van buiten dat glamourvolle milieu. Het geluk lijkt voor het grijpen. Je voelt onmiddellijk aan dat die idylle niet gaat duren. Meer mensen hebben Hubert Ward in een film zien spelen dan er ooit naar alle acteurs uit een stuk van Shakespeare bij elkaar keken. Roem doorbreekt de eenzaamheid niet maar is er juist een recept voor. Voorspelbaar trekt Ward zich in de nachtelijke uren terug in zijn studio. “The suite was crowded with reassuring evidences of his fame, and it was the fame that had become so precious that it compelled him to sit alone with it and nothing else in a silent studio on a Sunday night, while the free and anonymous ones could be with each other.

    Terug