Leesimpressies

  • Natalia Ginzburg: De kleine deugden

  • Nr. 29 - 2023
  • Dezer dagen zien we voortdurend de hoofden van de eeuwige dictators Aleksandr Loekasjenko en Vladimir Poetin op het televisiescherm. Daarnaast is er aandacht voor een betrekkelijke nieuwkomer in de persoon van Jevgeni Prigozjin. Daar moeten we nog even aan wennen maar de eerste indruk die hij achterlaat luidt: niet echt een mensenmens. Nog even en we kunnen bij de wedkantoren inzetten op wie trakteert wie op een kopje thee. Het zijn tijden om te snakken naar beschaving. Dan biedt Natalia Ginzburg uitkomst. Hoewel zij in 1991 overleed, is er recent een nog niet eerder in het Nederlands uitgebracht boek van haar verschenen. Het betreft een verzameling van essays die zij in de loop van enkele decennia schreef en daardoor model staan voor de verschillende fasen van haar leven. Zij werd geboren in 1916 te Palermo als vijfde kind van een joodse vader en katholieke moeder. Het gezin verhuisde enkele jaren later naar Turijn. Natalia ging niet naar school maar kreeg thuis onderwijs. Vanaf jonge leeftijd schreef ze verhalen en poëzie. Daar kwamen later romans, novellen, essays en toneelstukken bij. In de loop der tijden zijn er bij verschillende uitgevers meer dan tien boeken van haar in het Nederlands vertaald.

    Mijn waardering voor Ginzburg is ontstaan na lezing van Familielexicon. Dat is een autobiografisch werk maar niet van haar als individu maar als lid van een familie. We zien hoe een familie op drift kan raken maar ook verbonden blijft door taalgebruik. Familieleden ontwikkelen een eigen privétaal met uitdrukkingen waarmee ze zich onderscheiden van de buitenwereld. Aangrijpend in de autobiografie is wat haar eerste man overkomt. Ze trouwt met Leonore Ginzburg in 1938. Rond uitgeverij Einaudi verzamelen zich auteurs die elkaar vinden in hun afkeer van het fascisme. Daartoe behoren naast haar echtgenoot bekende namen als Italo Calvino, Cesare Pavese en Leonardo Sciascia. Natalia gaat in ballingschap naar de Abruzzen met man en kinderen. Die plek zorgt voor het openingsessay in de bundel. Het is een regio met maar twee seizoenen. “De lente is sneeuwerig en winderig als de winter, en de herfst is heet en helder als de zomer.” Eind 1943 wordt Leonore gearresteerd. Enkele maanden later sterft hij in de gevangenis een marteldood door de Gestapo. Ze trouwt in 1950 voor de tweede keer. Ze zal haar man volgen en komt door diens werk terecht in Londen en Rome. In haar werk kiest ze de onderwerpen die haar vertrouwd zijn. Ze neemt het schrijverschap uiterst serieus en kiest soms haar ambacht als onderwerp.

    Onze aardse conditie is heel belangrijk voor wat we schrijven. Maar gelukkig of ongelukkig zijn brengt ons op de ene of de andere manier tot schrijven. Als we gelukkig zijn heeft onze fantasie meer kracht; als we ongelukkig zijn, werkt ons geheugen sterker


    Ginzburgs belangstelling gold niet uitsluitend haar eigen werk. In De kleine deugden staat een eerbetoon aan Cesare Pavese, de man die zelf het geluk niet wist te vinden. Zij geeft een oprecht beeld van zijn aimabele nukkigheid. Daarnaast schreef ze een werk gewijd aan Anton Tsjechov dat hier ooit door Van Oorschot werd uitgebracht.
    Haar schrijfstijl is sober en kraakhelder. De toon is vaak pessimistisch al gloort daar in latere jaren wel een glimlach doorheen. Er komen in haar werk veel vrouwen voor die de dupe zijn van de egoïstische lapzwansen met wie ze getrouwd zijn. Op foto’s staat Natalia Ginzburg afgebeeld als een kleine en iele verschijning. Op papier vertoont ze een vinnigheid die je niet direct zou verwachten. Ook haar personages kunnen een explosieve uitweg vinden voor dat wat lang is opgekropt. Een ongemakkelijk juweeltje draagt de titel Hij en ik. Daarin schetst ze de verschillen tussen partners. Alle huwelijken zijn gemengd want gesloten tussen geheel verschillende mensen. De hele beschouwing bestaat uit hij is zus en zij is zo. Soms is de sympathieke variant weggelegd voor de ene partner en soms voor de ander. “Hij houdt van musea, en ik sleep me met pijn en moeite erheen. Hij houdt van bibliotheken en ik haat ze. Ik vrees de gevestigde macht en hij niet.” Deze inventarisatie bestrijkt veertien bladzijden. De lezer vraagt zich af waarom deze twee mensen ooit aan hun relatie zijn begonnen. Dan haalt ze herinneringen op aan de twee mensen die twintig jaar geleden eindeloos converseerden bij ondergaande zon op de Via Nazionale. Hij zegt zich dat te herinneren maar zij weet zeker dat hij liegt.
    Het titelessay uit de bundel neemt het onderwerp opvoeding onder de loep. Ginzburg constateert dat ouders de gewoonte hebben om kleine deugden te onderwijzen in plaats van grote. Geen spaarzaamheid maar vrijgevigheid. Geen voorzichtigheid maar moed. Geen succes maar het streven naar zijn en weten. Haar argumentatie stoelt op de volgende redenering. Kleine deugden zijn op zich niet verachtelijk maar ze zijn complementair en niet substantieel. De grote deugden omvatten immers de kleine maar andersom geldt dat niet. “Zodra onze kinderen naar school gaan, beloven wij geld als beloning voor goede prestaties. Dat is fout. Zodoende vermengen wij geld, iets zonder waardigheid, met iets verdienstelijks en hoogstaands, zoals leren en plezier in kennis.” Anders gezegd: kleine deugden leggen de nadruk op de verdediging, grote deugden omarmen het leven.
    Minder sterk maar wel grappig zijn de stukken die Ginzburg schrijft over haar periode dat ze in Engeland woonde. Dat was geen liefde op het eerste gezicht. Ze verwijt de Engelsen gebrek aan fantasie waarbij het nationale eten en drinken zich op een laag pitje bevindt. De stations zijn onomwonden treurig.
    Het is jammer dat veel van de bundel uit secundaire literatuur bestaat. Zo is er een inleiding van Jan Postma, een appendix met informatie over hoe de tekst tot stand is gekomen, een bloemlezing met kritiek en een overzicht van andere publicaties met De kleine deugden als onderwerp. Het zijn toevoegingen die literair historisch mogelijk een toegevoegde waarde bezitten maar voor een algemeen lezerspubliek weinig interessant zijn. Ik lees liever bijdragen van Natalia Ginzburg zelf. Hoe meer je van haar kennis neemt des te minder denk je aan Vladimir Poetin. Over leesbevordering gesproken.
    middelr@xs4all.nl.

    Terug