Leesimpressies

  • Safae el Khannoussi: Oroppa

  • Nr. 3 - 2025
  • Er wordt wel eens beweerd dat echt grote literatuur zich niet laat navertellen. Volgens die omschrijving heeft Safae el Kannoussi grote literatuur geschreven. Haar debuutroman werd bovendien door de Volkskrant uitgeroepen tot het beste boek van 2024. Herdruk volgt op herdruk. Haar stormachtige onthaal in de Nederlandse literatuur roept herinnering op aan de entree van Connie Palmen in het begin van de jaren negentig. Palmen maakte indruk en solliciteerde naar een plek binnen het intellectuele establishment overigens zonder ooit de positie van de Grote Drie aan het wankelen te brengen. Safae el Khannoussi heeft andere ambities. Het maakt uit of je wieg in Sint Odiliënberg heeft gestaan of in Tanger. El Khannoussi portretteert in haar roman de verschoppelingen die vanuit de Noord-Afrikaanse diaspora ooit door het toeval in onder meer Nederland verzeild zijn geraakt. Europa als het beloofde continent. Het decor is afwisselend te vinden in enerzijds Casablanca, Tanger en Tunis en anderzijds in Amsterdam, Berlijn en Parijs. In Parijs maken we kennis met de klandizie van een café in het 21e arrondissement. Hoe marginaal wil je het hebben in een stad waar maar 20 arrondissementen bestaan. De vaste bezoekers behoren tot wat bij Jacques Brel de nuttelozen van de nacht heet. Zij worden bediend door Irad Abergels de zoon van de schilderes Salomé Abergel, één van de hoofdpersonen.

    Salomé Abergel werd zwanger toen zij gevangen zat in Marokko als exponent van de vervolging van marxistische demonstranten. De koning maakte hier korte metten mee. Van kritiek was hij niet gediend. Tot de folteraars behoorde Yousef Slaoui die ook al in Amsterdam is neergestreken. Dader en slachtoffer verkeren in de herfst van hun leven met een haperende gezondheid als zij elkaar opnieuw treffen. Opmerkelijk is dat El Khannoussi momenteel promotieonderzoek doet naar de situatie van het gevangeniswezen in Noord-Afrika. Zij kwam op jonge leeftijd naar Nederland en werd door haar vader gestimuleerd tot leren en nog eens leren. Ze had zich op haar nieuwe vaderland voorbereid door de taal op te pikken uit tekenfilms zo vertelde ze in een interview aan NRC. Ongelukkigerwijs had ze haar kennis opgedaan door te kijken naar een Duitse zender. Leren was toen aan haar niet besteed. Ze wilde niet naar school maar liever punker worden in Berlijn. Uit de roman blijkt dat haar taalgevoel desondanks een hoge vlucht heeft genomen.
    De roman laveert door ruimte en tijd. Vele personages maken hun opwachting. Bijfiguren vertolken de hoofdrol. De auteur blinkt uit in het schetsen van sfeer en milieu.

    Een voorbijganger in de metro merkt op met een Arabische tongval dat er een ondergrondse wereld bestaat waarin je ellende een naam heeft, waarin je je eigen soort tegenkomt zonder enige haatgevoelens of wrok, waarin je eet van wat daarboven is gejat, en waar God onder de mensen leeft, als een gelijke


    De auteur vertelt een verhaal dat bestaat uit vele subverhalen. In de verantwoording aan het eind van het boek legt El Khannoussie uit dat zij uitvoerig geput heeft uit de verhalen die haar familieleden elkaar vertelden. Ze geeft de wereld waarin zij opgroeide door aan de lezer. Personages krijgen een krachtige typering. “Voordat Azzedine Attar een vervelende kantoorklerk werd, een leugenaar of een oplichter, bracht hij zijn dagen door in zijn kamer.” Of om een ander voorbeeld aan te halen. Hind, een jonge vrouw die als een soort antikraak mag vertoeven in het Amsterdamse huis van Salomé Abergel brengt haar tijd bij voorkeur door in een koffieshop waarvan de vaste bezoekers kernachtig gekarakteriseerd worden. Het zijn allemaal verveelde verstekelingen die altijd op het randje van bewustzijn bivakkeerden. Neem bijvoorbeeld Abel die uit een gezin van stadsschouwburgpositivisten kwam dat wil zeggen neoliberale weldoeners dat wil zeggen hypocriete klootzakken. Als navertellen een onmogelijke klus is dan kun je via citaten recht doen aan wat het boek te bieden heeft. Zo is er de in Tunis geboren Hbib Lebyad met een snackbar in Amsterdam en de werkgever van Hind. Hij heeft uitgesproken opvattingen over onze cultuur. “Europeanen beschikken over het natuurlijke dedain van mensen die zich het middelpunt van de wereld waanden, al wist hij niet waar dat aan lag Maar een vreemd land bleef een vreemd land, en overal waar hij kwam voelde hij zich, ironisch genoeg, een toeschouwer in een toneelstuk waarin zijn rol in een onbegrijpelijke taal was geschreven.”
    Hoewel mijn persoonlijke voorkeur uitgaat naar een strakkere compositie, naar een roman met een duidelijke kop en staart, kan de lezer zich zeker verliezen in het wervelende betoog van El Khannoussi. Haar eigenzinnigheid werkt ook door in de variatie qua vorm. Zo eindigt de roman onverwacht in dagboekvorm via de zogenoemde angstcahiers. Dit deel omvat negen fragmenten waarbij steeds vermeld wordt op welke plek deze gelezen zijn. Van schilderes Abergel leren we dat zij onheilspellende werken produceert die de toeschouwer uit de slaap kunnen houden. Safae el Khannoussi heeft de nieuwsgierigheid geprikkeld waarbij het een open vraag is hoe dit schrijverschap zich zal ontwikkelen. Of vindt zij onderdak in de wetenschap?
    middelr@xs4all.nl

    Terug