Leesimpressies

  • Sander Schimmelpenninck: De domheid regeert

  • Nr. 14 - 2025
  • Toen het boek met provocerende titel van Schimmelpenninck net uit was, volgde er snel een recensie van Johan Derksen in Vandaag Inside. Derksen speelde eerst de man alsof hij nog altijd linksback van Veendam is en daarna de bal. Natuurlijk vond hij Schimmelpenninck een arrogante kwal. Dat gezegd hebbend vond hij het boek vanwege de denigrerende behandeling van domme mensen onnodig grievend. Laat dat nu juist niet de bedoeling zijn van Schimmelpennincks boek. In de inleiding maakt de auteur duidelijk dat hij mensen met een lage intelligentie niet op de korrel wil nemen. Hoge of lage intelligentie is een eigenschap die iemand van huis uit meekrijgt en is geen reden om iemand als meer of minder te behandelen. Schimmelpenninck bedoelt met domheid iets anders. Het gaat hem om opzettelijke domheid die vooral in de politiek van extreemrechts de kop opsteekt. Je treft het vooral aan bij slimme mensen die zonder rugdekking door feiten mensen misleiden om goedkoop aanhang te werven dan wel om een verdienmodel draaiend te houden. Slimme mensen maken misbruik van de onwetendheid bij het publiek door een emotioneel appèl op de onderbuik. Mikpunt zijn bijvoorbeeld mensen die klimaatverandering ontkennen tegen de hoofdstroom van wetenschappelijke inzichten in en die in geval van een pandemie liever een dansleraar dan een viroloog geloven. Derksen deed precies wat Schimmelpenninck aan de kaak stelt: een boek recenseren dat je niet gelezen hebt.

    De reden dat Schimmelpenninck zich druk maakt over de domheid die tegenwoordig in het Catshuis zetelt is het gevaar dat hij ziet voor de continuïteit van de democratische rechtsorde. Extreemrechts ondermijnt bij herhaling de instituties die de democratische rechtsorde schragen. De domheid ageert tegen de vrije pers, tegen onafhankelijke rechtsspraak, tegen de wetenschap, tegen de volksvertegenwoordiging. In het oeuvre van Wilders zijn talloze illustraties hiervan te vinden. Deze instituties zijn allemaal instrumenten van de elite die de wil van het volk frustreren. Toevallig weet extreemrechts als enige precies wat het volk wil. Sterker nog alleen de leider van extreemrechts weet dat want Wilders kijkt wel uit om in zijn eigen beweging democratische principes toe te passen. Schimmelpenninck geeft vele voorbeelden van beoefenaren van de opzettelijke domheid. In de politiek tref je dit aan bij vooral PVV, BBB en Forum. Daarbuiten zijn er de opinieleiders die zich voor dezelfde zaak inzetten denk aan Raisa Blommestijn, Johan Derksen, Wierd Duk en vele anderen. Misschien is wel het ultieme axioma van domrechts: de waarheid is ook maar een mening.

    Domheid is salonfähig geworden en beleeft door sociale media een ware hoogconjunctuur. Daarom vind ik dat je domheid als fenomeen moet blijven benoemen en onderzoeken, en dat het nadrukkelijker onderwerp van gesprek moet zijn in onze democratische rechtsstaat


    Schimmelpenninck heeft zijn boek in drie delen opgebouwd. Allereerst legt hij uit wat hij met domheid bedoelt en waarom dat bestrijding verdient. Daarna behandelt hij de wapens van de domheid. De auteur onderscheidt 11 technieken waarvan de domheid zich bedient. Dat zijn natuurlijk geen voorbeelden die exclusief tot het domein van extreemrechts behoren. Iedereen die een discussie wil manipuleren kan of zal hier gebruik van maken. Denk aan het aanwijzen van een zondeboek. Het tekort op de woningmarkt komt door asielzoekers. Denk aan wat de filosoof Harry Frankfurt bullshitten noemt. Dan gaat het om misleidende uitspraken die moeilijk falsifieerbaar zijn. De linkse partijen hebben de sluizen voor buitenlanders open gezet. Een effectieve techniek is de valse balans. Talkshows laten een deskundige en een querulant aan het woord waarbij de argeloze kijker snel vermoedt dat de waarheid in het midden ligt. Wat veel voorkomt is het in de inleiding besproken argumentum ad hominem. Rob Jetten mag als klimaatdrammer niet naar Argentinië vliegen waar de familie van zijn partner woont.
    Het laatste deel van het boek gaat over het bestrijden van domheid. Belangrijk in de ogen van Schimmelpenninck is het reguleren van sociale media. Platforms behoren te modereren. Factchecken is belangrijk. De media dienen hun kritische rol te vervullen. Zij behoren tegenspraak te bieden als de makelaars in domheid aperte onzin beweren. Dat veronderstelt wel dat journalisten de bagage in huis hebben om die rol op zich te nemen. Als Wilders in Nieuwsuur beweert een democraat in hart en nieren te zijn dan behoort Mariëlle Tweebeeke te vragen: waarom past u dat principe dan niet toe in uw eigen partij? Aan het eind van het betoog volgt nog een oproep om hard te zijn voor de makelaars in domheid en mededogen te hebben voor de slachtoffers van domheid.
    Het boek is zeker als pamflettistisch te beschouwen. Mij bevalt de strijdbaarheid van Schimmelpenninck wel. Hij beschrijft een probleem dat ernstig is te nemen en laat zich niet afschrikken door de toorn en de trollen van de mensen die hij aanpakt. Hij schiet liever met scherp dan met losse flodders. Bovendien geldt dat hij, argumentum ad hominem, gezien zijn achtergrond als corpsbal en gewezen hoofdredacteur van het patserige Quote, misschien wel meer verwantschap met en geloofwaardigheid bij de daders heeft dan de brave redactie van zeg De Groene Amsterdammer.
    De problematiek van het boek kreeg afgelopen weekend in NRC een aardige invalshoek. Auke Hulst vroeg zich daarin af waarom politieke satire zo weinig vat krijgt op Donald Trump. In romanvorm hebben Dave Eggers (De kapitein en de glorie), Howard Jacobson (Pussy) en Salman Rushdie (The golden house) een poging gewaagd en de plank misgeslagen. Satire betekent het uitvergroten van de werkelijkheid. Trump is zelf al zo extreem dat je daar in satire niet overheen kunt. Dan zou je in plaats van uitvergroten hem kunnen onderbelichten maar dat riekt gevaarlijk naar vergoelijken. De les van Hulst is: maak niet Trump belachelijk maar waar hij voor staat. In de Nederlandse verhoudingen wil dat zeggen dat we het vooral moeten hebben over het vriendschapsspeldje van Poetin op de revers van Wilders en het Trumppetje op het hoofd van Baudet. Dat is waar onze nationale Trumps voor staan.
    middelr@xs4all.nl

    Terug